Anders

Haar hele leven heeft zij gevoeld dat ze anders was.
Niet verklaarbaar anders.
Van buiten leek alles gewoon,
alsof ze erbij hoorde.
Maar van binnen voelde ze zich
nooit echt begrepen.

Zelf doen en het anders doen
werd haar overlevingsstrategie.
Ze werd meester in buiten de lijntjes kleuren:
net zo dat het nog paste,
maar toch altijd nét anders.

En terwijl ze dat deed,
keek ze met een oordeel naar
wie wél deed zoals het hoorde.
Ondertussen verlangde ze stiekem
naar goedkeuring,
naar gezien worden,
naar een compliment.

Het gaf kortstondige bevestiging,
maar nooit rust.
Wat bleef, was dat knagende gevoel
van nergens thuiskomen.
Niet bij een ander.
En zeker niet bij zichzelf.

Het oordeel richtte zich steeds meer naar binnen.
Ze werd hard voor zichzelf.
Perfectionisme werd haar houvast.
Altijd streven naar meer.
Nooit echt vertrouwen
dat het leven ook voor haar zou zorgen.

En tegelijk groeide haar verlangen.
Verlangen naar overvloed.
Naar zachtheid.
Naar weer spelen, in het moment zijn.
Naar leunen in plaats van vechten.

Langs vele omwegen
is zij gekomen waar ze nu is.
Hier. Ze heeft geleerd zachter te worden.
Te zijn. Met zichzelf, met de ander.

Zonder te vluchten,
zonder zich beter voor te doen.
Zonder de spirituele bypass
die pijn probeert over te slaan.
Ook de rauwe en lelijke stukken van haarzelf
mogen er zijn.

Ze hoeft zich niet
groter voor te doen.
Ze mag klein zijn.
Kwetsbaar. Echt.

En daarin ligt de vrijheid: authentiek kiezen.
Voor zichzelf. Voor het leven.
Voor de ruimte
om er helemaal te mogen zijn.

Haar hele leven heeft zij gevoeld dat ze anders was.

Niet verklaarbaar anders.
Van buiten leek alles gewoon,
alsof ze erbij hoorde.
Maar van binnen voelde ze zich
nooit echt begrepen.

Vorige
Vorige

B(l)oeien

Volgende
Volgende

Ze gaf alles